‘Al sinds de jaren ‘80 steun ik Terre des Hommes’ vertelt Mieke Hoppe (78 jaar) wanneer we bij haar langsgaan in Hoek van Holland.

‘Mijn ouders, die zelf op jonge leeftijd moesten gaan werken, hebben me altijd gestimuleerd om zoveel mogelijk te leren en mezelf te ontwikkelen. Ze namen me mee naar musea, moedigden me aan om te sporten en zorgden ervoor dat ik een goede opleiding kreeg.'

'Daardoor heb ik een hele fijne jeugd gehad, en dat gun ik andere kinderen ook.’

‘Zelf heb ik jarenlang in het onderwijs gewerkt, ook met vluchtelingenkinderen. Ik heb daar gezien hoe belangrijk het is dat ouders betrokken worden bij de ontwikkeling van hun kinderen. Voor ouders kan het soms best spannend zijn om te zien hoe hun kinderen kansen krijgen die zij zelf nooit hebben gehad. Maar die kansen zijn zo belangrijk voor een betere toekomst.

Ik steun Terre des Hommes niet alleen financieel, maar ook door boeken, kleding en andere spullen die ik niet meer nodig heb, naar de winkel te brengen. Vroeger deed ik dat in Pijnacker, nu in Delft. Op die manier krijgen mijn spullen een tweede leven,en draag ik bij aan de strijd tegen kinderuitbuiting.

Wat voor mij ook belangrijk is, is dat ik Terre des Hommes heb opgenomen in mijn testament. Als ik er straks niet meer ben, wil ik dat mijn nalatenschap iets blijft betekenen voor kinderen die het nodig hebben. De opbrengsten van mijn inboedel zullen via de winkels van Terre des Hommes blijven bijdragen aan hun werk. Ik vertrouw erop dat mijn steun ertoe bijdraagt dat kinderen wereldwijd de kans krijgen om zich te ontwikkelen, net zoals ik dat heb mogen doen. Dat is voor mij de mooiste manier om terug te geven.’